Een conflict in de familiesfeer, maar ook op de werkvloer, kan tot een breuk leiden. Wanneer je concludeert dat je niet meer samen verder wil, dan roept dat vragen op. “Waar heb ik recht op?” is een van die vragen. Enkel een antwoord op die vraag leidt vaak niet tot de beste oplossing. Er speelt veel meer mee.
Met mijn klanten ga ik graag daarnaar op zoek om zo tot de meest passende oplossing komen. Daarbij spelen factoren een rol zoals welke plichten heeft men? Wat is de consequentie van de oplossing voor het bedrijf en op de werkvloer? Of voor de kinderen en de overige familieverhoudingen? Welke consequenties zijn er voor de toekomst? Hoe kunnen we zo snel mogelijk tot een oplossing komen waarbij eenieder verder kan? Natuurlijk maken wij samen een kosten-baten afweging.
In zo’n situatie heeft niet iedereen behoefte aan een uitgebreide uiteenzetting van juridische feiten. Wel aan inzicht waar deze toe leiden en welke oplossingen er mogelijk zijn. Een praktische oplossing voorkomt vaak een lange procedure die veel energie kost. Om zo’n oplossing te vinden is het vaak nodig de vinger op de zere plek te leggen. Om dat te kunnen doen is begrip nodig van de drijfveren van alle partijen. De kennis die ik opdeed tijdens mijn studie psychologie helpt mij bij dat begrip.
Een en ander neemt niet weg dat wanneer het niet lukt tot een oplossing te komen, er soms niets dan een procedure rest. En dan ga ik ervoor. Over procederen bestaan de nodige vooroordelen. Er wordt al snel gesproken over een “vechtscheiding” wanneer er geprocedeerd wordt in het familierecht. Op het gebied van arbeidsrecht wordt er vaak geopperd dat procederen onnodig kostbaar is. Maar soms moet je gewoonweg concluderen dat een derde nodig is om de knoop door te hakken. Daar is niets mis mee als dit met respect gebeurt.
Ik heb in het rechtsgebiedenregister van de Nederlandse orde van advocaten de volgende rechtsgebieden geregistreerd:
- personen- en familierecht
- arbeidsrecht
Op grond van deze registratie ben ik verplicht elk kalenderjaar volgens de normen van de Nederlandse orde van
advocaten tien opleidingspunten te behalen op ieder geregistreerd hoofdrechtsgebied.