12 september 2023
Ouders zijn verplicht bij te dragen in de kosten van hun kind totdat het kind 21 jaar oud is. Een studiekostenbeding (in een ouderschapsplan) regelt de financiële verplichtingen van ouders met betrekking tot de (studie)kosten van het kind (collegegeld, boeken, bijdrage in het levensonderhoud, etc.) vanaf de leeftijd van 21 jaar. Dit beding is dus niet verplicht op grond van de wet.
De standaardbepaling luidt als volgt: “De ouders verplichten zich aan een kind van 21 jaar of ouder een (studie) bijdrage te betalen zolang het kind met redelijke resultaten en in overleg met hen met een beroepsopleiding bezig is of studeert, doch uiterlijk tot het tijdstip waarop het kind de … -jarige leeftijd bereikt. Dit beding ten behoeve van het kind is onherroepelijk, zodat het kind het recht heeft om zonodig nakoming van dit beding te vorderen.”
Je zou kunnen denken dat dit artikel slechts op één manier kan worden uitgelegd, namelijk door alleen te kijken naar de letterlijke tekst van het artikel. Niets in minder waar. Bij de uitleg van het artikel wordt ook gekeken naar de concrete omstandigheden en de bedoeling van de ouders bij het opstellen van het ouderschapsplan en dit specifieke artikel.
Mijn cliënt had dit laatst aan de hand. Zijn dochter (waarmee al enkele jaren geen contact meer was) volgde eerst een studie fotografie en was na afronding van deze studie begonnen aan een studie psychologie. De dochter verlangde een bijdrage in de kosten van deze (tweede) studie. Vader stelde zich op het standpunt dat hij nooit de bedoeling heeft gehad om ook deze tweede studie te gaan betalen.
De rechtbank stelde voorop dat volgens vaste jurisprudentie de uitleg van een overeenkomst niet plaats dient te vinden op grond van uitsluitend de taalkundige betekenis van de bewoordingen waarin de overeenkomst is opgesteld, maar dat het aankomt op de zin die partijen in de gegeven omstandigheden aan het ouderschapsplan redelijkerwijs mochten toekennen en hetgeen zij te dien aanzien over en weer redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten. Het lag op de weg van de dochter om als verzoekende partij aan te tonen dat de verplichting van de man om bij te dragen in haar levensonderhoud ook bestaat voor een tweede opleiding. De dochter is in de ogen van de rechtbank daarin niet geslaagd. Niet is komen vast te staan dat tijdens de mediation is gesproken over een vervolgopleiding. Naar het oordeel van de rechtbank brengt een redelijke uitleg van het ouderschapsplan met zich mee dat de man rekening heeft moeten houden met het volgen van één opleiding. Omdat er volgens de rechtbank geen sprake meer is van een op het ouderschapsplan gebaseerde verplichting van de man om bij te dragen in de kosten van levensonderhoud en studie van de dochter, heeft de rechtbank het verzoek van de dochter afgewezen.
Het is raadzaam om bij het opstellen van een ouderschapsplan juridisch advies in te winnen om ervoor te zorgen dat alle afspraken duidelijk zijn en niet tot geschillen in de toekomst leiden. Het is essentieel om daarbij nauwkeurig te formuleren welke afspraken ouders over de studiekosten willen maken. Soms kun je niet volstaan met een standaard-bepaling en zul je maatwerk moeten leveren. Op die manier kunnen ouders met vertrouwen de toekomst tegemoetzien en weet iedereen waar ie aan toe is!